Nadere regels ontwikkeling gemeenschapsinitiatieven en Huisvesting accommodaties

Geldend van 12-04-2022 t/m heden

Intitulé

Nadere regels ontwikkeling gemeenschapsinitiatieven en Huisvesting accommodaties

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE CRANENDONCK;

gelet op het bepaalde in:

de Algemene subsidieverordening gemeente Cranendonck;

de Nadere regels behorend bij de Algemene subsidieverordening gemeente Cranendonck;

Overwegende dat het wenselijk is Nadere regels vast te stellen voor het stimuleren en subsidiëren van

  • -

    Gemeenschapsinitiatieven;

  • -

    Huisvesting accommodaties: accommodaties waarin activiteiten plaatsvinden die bijdragen aan de leefbaarheid.

BESLUITEN

Vast te stellen de volgende Nadere regels:

  • -

    Nadere regels ontwikkeling gemeenschapsinitiatieven en Huisvesting accommodaties

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Toepassingsbereik

Het bepaalde in de Nadere regels is enkel van toepassing op de verstrekkingen van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 2 Doelgroep

  • 1. Subsidie wordt slechts verleend aan stichtingen, verenigingen en corporaties met volledige rechtsbevoegdheid;

  • 2. Indien andere rechtsvormen gewenst zijn, is het college bevoegd af te wijken van artikel 4.1.

Artikel 3 Aanvullende weigeringsgronden

In aanvulling op het bepaalde in de algemene subsidieverordening en de daarbij behorende nadere regels kunnen burgemeester en wethouders subsidie weigeren in de navolgende gevallen:

  • a.

    Er onvoldoende eigenaarschap uitgaat naar de eigen rol, verantwoordelijkheid en positie van de gemeenschap en haar inwoners. Het college dient aan te geven waarom dit onvoldoende is;

  • b.

    activiteiten met een overwegend commercieel doel c.q. karakter;

  • c.

    activiteiten die koepelorganisaties aanbieden aan de (leden van) de aangesloten organisaties;

  • d.

    activiteiten van politieke organisaties;

  • e.

    activiteiten die niet algemeen toegankelijk zijn vanwege het hanteren van een selectie- of invitatiestelsel;

  • f.

    activiteiten die schadelijk zijn voor natuur en milieu of die anderszins strijdig zijn met de duurzaamheid;

  • g.

    activiteiten waarbij er sprake is van een eigen belang van de aanvrager;

  • h.

    activiteiten waarvoor, onverminderd het bepaalde in artikel 6, geen geoormerkt budget beschikbaar is om in subsidie te voorzien.

Artikel 4 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de belanghebbende, afwijken van de bepalingen in deze uitvoeringsregels, indien toepassing van deze regels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 5 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling wordt aangehaald als ‘Nadere regels ontwikkeling gemeenschapsinitiatieven’;

  • 2. De uitvoeringsregeling treedt in werking op de dag volgend op de datum van bekendmaking.

Hoofdstuk 2 Nadere regels gemeenschapsinitiatieven

Artikel 6 Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Subsidieverordening: de Algemene Subsidieverordening gemeente Cranendonck;

  • b.

    gemeenschapsontwikkeling: de facilitering van gemeenschappen bij het regisseren, realiseren dan wel in stand houden van hun eigen, krachtige sociale verbanden, die zelf richting en invulling geven aan hun eigen fysieke, sociale en mentale leefomgeving;

  • c.

    Duurzame, sociale gemeenschap: een gemeenschap die in staat is om, eventueel met behulp van derden, overheid en of maatschappelijke organisaties, vanuit de heelheid van deze gemeenschap de eigen gewenste sociale, fysieke en mentale leefomgeving in stand te houden en hierop regie te voeren;

  • d.

    Culturele diversiteit: de verscheidenheid aan culturen die in de gemeente Cranendonck aanwezig is;

  • e.

    Sociale diversiteit: de verscheidenheid aan normen, waarden, meningen, wereldbeelden en heersende culturen van waaruit de mens zichzelf in zijn omgeving plaatst en zich hiertoe verhoudt.

Artikel 7 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. Alle initiatieven vanuit de gemeenschap die bijdragen aan het beheer en instandhouding van gemeenschapshuizen, buurthuizen en accommodaties die, eventueel met behulp van een of meer maatschappelijke organisaties, bijdragen aan één of meerdere van de volgende processen en/of doelen:

    • a.

      De instandhouding van duurzame en sociale gemeenschappen binnen de gemeente Cranendonck, waarin inwoners zich mede-eigenaar voelen van alles wat de eigen gemeenschap tot gemeenschap maakt;

    • b.

      Het vergroten van de deskundigheid van hen die zich lokaal willen inzetten om vrijwillige inspanning van mede-inwoners te bewerkstelligen;

    • c.

      Het ontdekken en onderhouden van de sociale en culturele identiteit van de gemeenschap met respect voor de (sociale en culturele) diversiteit;

    • d.

      Het inrichten van processen die leiden tot een door de gemeenschap gedeelde visie alsmede de uitvoering van de hierin genoemde projecten en processen.

  • 2. Het oprichten van een rechtspersoon waarbij de doelstelling van deze rechtspersoon in het verlengde ligt van het gestelde in lid 1 of dient ter uitvoering of bijdrage van de doorontwikkeling van gemeentelijk beleid en beleidsdoelstellingen.

Artikel 8 De hoogte van de subsidie

  • 1. De gemeenteraad stelt jaarlijks in de begroting een bedrag vast voor gemeenschapsinitiatieven. Subsidieaanvragen worden behandeld op datum van ontvangst. Indien aanvullende informatie nodig is, geldt de datum waarop de aanvraag compleet is;

  • 2. Indien het totaal aan subsidieaanvragen het maximum bedrag binnen de begroting overschrijdt, wordt de subsidie per organisatie naar verhouding verminderd.

Hoofdstuk 3 Huisvesting accommodaties

Artikel 9 Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Subsidieverordening: de Algemene Subsidieverordening gemeente Cranendonck;

  • b.

    Basisvoorzieningen voor sport: functionele, noodzakelijke en rechtstreeks aan de sportbeoefening gerelateerde infrastructuur en de huisvesting van andere door het college aan te wijzen activiteiten;

  • c.

    Beheer: alle taken die uitgevoerd moeten worden om een gebouw optimaal te kunnen gebruiken, dan wel alle taken die uitgevoerd moeten worden om een gebouw geschikt te maken en houden voor de gebruiker;

  • d.

    Exploitatie: het sturen op kosten en opbrengsten gedurende de beoogde levensduur van een accommodatie met als doel om per saldo een positief nettoresultaat te behalen om de continuering te waarborgen.

Artikel 10 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. Alle initiatieven vanuit de gemeenschap die bijdragen aan het beheer en instandhouding van gemeenschapshuizen, buurthuizen en accommodaties die, eventueel met behulp van een of meer maatschappelijke organisaties, bijdragen aan één of meerdere van de volgende processen en/of doelen:

    • a.

      Activiteiten ten behoeve van het oprichten van noodzakelijke voorzieningen van gemeenschapsaccommodaties;

    • b.

      Activiteiten ten behoeve van nieuwbouw of renovatie van een accommodatie voor gemeenschaps- of verenigingsgebruik waarbij in het geval van sport geldt dat activiteiten zowel basisvoorzieningen alsook additionele voorzieningen kunnen betreffen;

    • c.

      Activiteiten die zien op het exploiteren en beheren van een accommodatie, waarvoor met de gemeente een huurovereenkomst is afgesloten;

  • 2. Het oprichten van een rechtspersoon waarbij de doelstelling van deze rechtspersoon in het verlengde ligt van het gestelde in lid 1 of dient ter uitvoering of bijdrage van de doorontwikkeling van gemeentelijk beleid en beleidsdoelstellingen.

Artikel 11 De hoogte van de subsidie

De subsidie voor huisvesting accommodaties wordt in de vorm van een krediet vastgesteld door de gemeenteraad.

Artikel 12 De kaders

De onderstaande kaders zijn de stappen die gezet moeten worden op het moment dat er een subsidieaanvraag binnenkomt. Deze kaders zijn randvoorwaardelijk voor de definitieve toekenning van het subsidiebedrag.

  • 1.

    De vereniging / stichting dient een compleet (bouw)plan in. Daarbij behoort o.a. een omschrijving van het plan, een financiële onderbouwing, bouwtekeningen en bestek:

    • -

      Omschrijving project, wat is het eindresultaat;

    • -

      Rechtsvorm initiatiefnemer;

    • -

      Onderbouwde kostenraming met externe uitgaven, zelfwerkzaamheid, financiële risico’s;

    • -

      Risico-inventarisatie, welke risico’s zijn voorzien en voor wie zijn deze;

    • -

      Planning, binnen welke termijn wordt het plan gerealiseerd;

    • -

      Tussentijdse voortgangsrapportages, bewaking voortgang en afspraken;

    • -

      De administratie moet zo zijn ingericht dat op eenvoudige wijze - op verzoek - overzichten kunnen worden verkregen.

  • 2.

    Het plan wordt getoetst aan de kaders waarna de bijdrage wordt vastgesteld:

    • -

      Het plan wordt intern getoetst en ter besluitvorming voorgelegd aan college of raad (ingeval er budget beschikbaar gesteld moet worden);

  • 3.

    Er wordt een voorschot verstrekt van 20% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen waarna de aanvrager van start gaat;

  • 4.

    Er wordt gewerkt met drie voortgangsrapportages, met informatie over het bouwproces en financiën. Na elke voortgangsrapportage wordt een voorschot verstrekt van 25% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen;

    • -

      De initiatiefnemers stellen voortgangrapportages op waarin de stand van zaken (zowel inhoudelijk als financieel) wordt opgenomen. De voortgangsrapportages zijn een voorwaarde voor het beschikbaar stellen van het budget. Rapportages worden intern getoetst door de afdeling financiën. De verantwoordelijk wethouder heeft een rol in de voortgangrapportages en beoordeeld of college een tussentijds besluit moet nemen;

  • 5.

    Tussentijds dient de gemeente op de hoogte gehouden te worden van de ontwikkelingen op basis van agenda- en verslagdeelname aan de bouwvergaderingen;

  • 6.

    De gemeente blijft tussentijds op basis van partnership aandachtig het bouwproces volgen en ondersteunt de vrijwilligers die het proces trekken;

  • 7.

    Bij de oplevering van het plan wordt een proces verbaal opgemaakt en volgt bij goedkeuring de eindafrekening van de resterende 5% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen;

    • -

      De eindrapportage wordt voorgelegd aan het college; in deze eindrapportage is een volledige verslaglegging opgenomen van het project (inhoudelijk, planning, financiën). De raad wordt via de reguliere P&C-cyclus geïnformeerd over de voortgang, indien relevant met een RIB.

      Dit is ook het moment om samen te evalueren hoe het proces is verlopen.

  • 8.

    Het college van burgemeester en wethouders kan afwijken van de percentages zoals genoemd onder artikel 12.3 tot en met artikel 12.7.

  • 9.

    Indien zich afwijkingen voordoen ten opzichte van de met de gemeente gedeelde kostenraming en kostenposten, dient de verantwoordelijk wethouder per omgaande op de hoogte te worden gesteld. Kostenposten zijn niet zondermeer uitwisselbaar en met alternatieven in te vullen. De initiatiefnemer dient in beginsel afwijkingen zelf op te vangen indien deze boven het beschikkingsbedrag komen. Indien kosten binnen afzonderlijke kostenposten lager uitvallen, kunnen deze terugvorderbaar zijn.

    Bij afwijkingen kunnen aanvullende voorwaarden worden gesteld aan de subsidiebeschikking. Indien er geen melding wordt gemaakt, kan het college de subsidiebeschikking intrekken of wijzigen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente Cranendonck

in de vergadering d.d. 18 januari 2022.

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN CRANENDONCK,

De secretaris,

E. Jacobs

De burgemeester,

F.A.P. van Kessel