IMG_5792 kennisnetwerk.jpg
Provider image

Oostende leert van mensen met dementie. Stel je voor dat je het onthaal in de bibliotheek verzorgt. Je zet materialen terug, je bereidt een workshop of lezing voor. Iemand spreekt je aan met een vreemde vraag. Hij lijkt onzeker, wispelturig, misschien geagiteerd of net omgekeerd: schuchter en in zichzelf gekeerd. Je probeert de vraag te begrijpen, maar je antwoord lijkt niet binnen te komen. Is dit een flauwe grap? Heeft deze persoon psychische hulp nodig? Wat ook het antwoord is, de ontmoeting doet appél op professionele competenties. Hoe herken je dementie? Hoe ga je om met mensen met dementie? Hoe kun je hen tegemoet komen?

De eerste stap: leer ze kennen.

Dat is precies wat de bibliotheek Oostende uitvoerig heeft gedaan. Ze nodigde vijf mensen met dementie en hun mantelzorger uit om deel te nemen aan een muziekproject. Samen met bibliotheekprofessionals zouden ze muziek beluisteren uit de vinylcollectie. De selectie lag bij de mensen met dementie. Het uitgangspunt was dat de muziek verhalen zou losweken, over vroeger en nu, over zichzelf en anderen, over Oostende en de zee. Die verhalen zouden worden opgetekend en toevertrouwd aan Oostendevertelt.be, de plek waar iedereen verhalen over de Stad aan Zee kwijt kan. Het klinkt leuk en dat werd het ook, maar het was zoveel meer. De doelstellingen waren uiteenlopend en gelaagd.

 

Thuis in stad en bibliotheek

Het ‘dementieproject’ van de bibliotheek van Oostende maakt deel uit van een Europees Erasmus+-traject. Daarbinnen spitst het I_Improve-project zich toe op het aanscherpen van professionele skills op de werkvloer. Behalve Oostende maken ook organisaties uit Zweden, Oostenrijk, Italië, Polen en Litouwen deel uit van het lerend netwerk. De partners overleggen regelmatig, stellen hun visies bij en delen leerpunten en valkuilen. Prettig detail: het gaat vooral om kunstprojecten. Oostende is de enige bibliotheek in het netwerk. ‘Oostende, ook de bibliotheek, maakt al geruime tijd deel uit van het Europese cultuurnetwerk,’ zegt bibliothecaris Martine Vandermaes. ‘Ook al gaat het om projecten in Europees verband, toch zoeken we altijd naar de relevantie voor onze eigen context. Om tot een concreet projectvoorstel te komen observeren we waar we kunnen bijleren, we toetsen af met de ambities van onze instelling en van de stad, maar evengoed met onze partners: in welke mate dienen zich in hun praktijk vergelijkbare vragen aan, en hoe kunnen we ze samen scherper beantwoord krijgen? Leren en delen, dat is de kern.’

In zijn beleidsdoelstellingen schreef het stadsbestuur uitdrukkelijk de zorg voor de demente medemens in. ‘Het gaat daarbij lang niet meer over hoogbejaarde personen,’ zegt Martine Vandermaes. ‘We zien steeds vaker ook jongdementie. Dat maakt het vaak moeilijker om te detecteren. Mensen zien er nog jong en valide uit, ze zijn niet vergezeld, want ze kunnen nog veel zelfstandig. Dat leidt tot verwarring. Dementie, en vooral jongedementie, is bovendien zeer confronterend. We moeten deze realiteit onder ogen zien, alleen dan kunnen we de gepaste dienst ontwikkelen. De bibliotheek leek ons een uitgelezen plek om hieraan te werken. Thuis in de bib is een baseline die onze kracht en opdracht samenvat. Dat thuiskomen willen we ook voor mensen met dementie zo lang mogelijk mee realiseren. Daarom wilden we hen beter leren kennen, hun behoeften proberen te vatten en onszelf beter uitrusten om op een correcte en gastvrije manier met hen om te gaan. Het werd een van de meest beklijvende trajecten van mijn loopbaan in de bibliotheek.’

 

Bij de les

De voorschriften van Europa zijn streng. Er moeten veel tijd, middelen en mankracht aan het project worden besteed. Een week lang moeten alle betrokken medewerkers nadenken over onderwerp, methodiek en finaliteit. In Oostende namen aan die ‘learning week’ ook Poolse collega’s deel. I_Improve vaardigde een ‘informal educator’ af. Haar opdracht was het alle leerbehoeften naar boven te spitten. Oostende zelf nodigde twee changemakers uit. Dat zijn begeleiders of instellingen die helpen voorkomen dat platgetreden paden worden belopen. Het doel van het project is ook om vernieuwend en anders te werken. Uit de comfortzone treden wordt dan een noodzaak.

Vijf bibliotheekmedewerkers werden een week lang vrijgesteld van dienst. Om de werking in de bibliotheek niet in het gedrang te brengen, werd ook op zaterdag en zondag ‘geleerd’. En om alle collega’s bij het project te betrekken, werd intensieve interne communicatie opgezet. Alle vijf deelnemers engageerden zich om dagelijks een padlet – dat is een kleine blog – te voeden. De communicatietools waren divers: iemand schrijft, iemand anders tekent, maakt foto’s of post video’s. Het resultaat is een kleurrijke en gevarieerde blog waarin ze inzichten, leerpunten en gehanteerde methodieken met iedereen in de bibliotheek hebben gedeeld.

 

De diepte in

Alexander Osterwalder en Simon Sinek wijzen de weg. Met het Value Proposition Design van de eerste en het Golden Circle-model van de tweede gaat het de diepte in, naar het hoe, wat en waarom. Beide methodieken zijn vertrouwd in ondernemers- en marketingmiddens maar eerder ongewoon in een socio-culturele context. Precies daarom werden ze ingezet. De weerstand die ‘geïmporteerde methodieken’ doorgaans oproepen, was ook deze groep niet vreemd. Toch legde elke opdracht behoorlijk snel nieuwe, relevante invalshoeken bloot, met extra vragen tot gevolg. Die werden gebundeld en voorgelegd aan Foton vzw, het expertisecentrum voor dementie. En dat was een bijzondere ervaring. De eerste vraag kwam al meteen binnen. Wat is de ‘why’ van het project? Mensen met dementie een stem geven. Het antwoord: Dat hoeft niet. Die hebben ze.

Loskomen uit het betuttelende beeld, een open houding aannemen vanuit gelijkwaardigheid, eerlijk zijn, helder communiceren, durven vragen, durven herhalen, jezelf zijn en dat ook de ander toestaan. Aandachtspunten die professionaliteit, maar ook kwetsbaarheid veronderstellen. Ze werden grondig doorgesproken. En dan was het tijd.

 

Het uur van de waarheid

De vinylplaten liggen klaar. Zes keer komt de groep samen. De profielen zijn uiteenlopend. De leeftijd ligt tussen net geen zestig en 86 jaar. Week na week groeien de verhalen over de unieke levens van prachtige mensen. De muziek inspireert niet alleen om te vertellen. Jeannine speelt piano en André accordeon. Ze speelden nooit eerder samen, maar doen het op eigen verzoek met verve. Mooie, sterke mensen. De groep leert dat vertrouwen en tijd belangrijk zijn. Dat een vast stramien helpt. Dat onhandige momenten weggelachen mogen worden. Dat het niet geeft als er stiltes vallen of iemand in zichzelf keert. Dat mensen in dementie outreachen naar elkaar en naar anderen.

Het project kreeg de naam Vergeten Orkest. Dat suggereert meerstemmigheid, diversiteit, gehoord worden. Of sterker nog: blijven spelen ondanks alles. Ook de bibliotheek is nog niet klaar. Haar volgende opdracht is kennis en inzichten verder te delen, zowel binnen het I_Improve-netwerk als erbuiten. En ze neemt die handschoen op. Vergeten Orkest wordt onderdeel van een digitaal kennisplatform over inclusie. De gehanteerde methodieken en inzichten worden uitgebreid beschreven en toegelicht voor de brede socio-culturele sector.

‘Vergeten Orkest was een zeer krachtige vorm van werkplekleren,’ vat Hilde Delameilleure van Foton samen. ‘Door via een vertrouwd middel – de vinylcollectie – ontmoeting te realiseren, raakten stereotiepe gedachten door genuanceerde beelden vervangen. Dit heeft ongetwijfeld een effect op de omgang met mensen met dementie in de bibliotheek en daarbuiten.’ De bibliotheek wil alvast een sterke gangmaker in dementiedebat en -praktijk blijven. •

Hilde De Brandt is medewerker van Taal Voor Straks, Communicatie in Cocreatie
Voor Lokaal 05 | 2020

Succesfactoren van Vergeten Orkest

  • Grondige voorbereiding en voldoende flexibiliteit
  • Heldere finaliteit. Niet ‘zomaar entertainen’, wel:
    • samen luisteren naar muziek, als uitgangspunt
    • om herinneringen te delen (en te maken)
    • die input vormen voor een uniek verhaal
  • Beperking in tijd: zes ontmoetingen
  • Cocreatief proces:
    • Met mensen in dementie en hun mantelzorgers
    • Met bibliotheekmedewerkers in het project
    • Met alle collega’s op de werkvloer
  • Sterke interne communicatie:
    • Systematische briefing, reflectie en kennisdeling
  • Coherente en volgehouden inzet:
    • Korte meeting voor elke sessie
    • Debriefing met dementie-expert na elke sessie
    • Telkens leerpunten en methodieken verankeren
  • Vertrouwen
  • De overtuiging dat de openbare culturele instellingen werkelijk verschil kunnen maken om mensen te helpen zo lang mogelijk hun plaats in de samenleving te behouden