Belgische modesector voert druk verder op om solden uit te stellen

De Belgische modesector wil dat de solden pas op 1 augustus starten © credit

De vraag om de zomersolden uit te stellen, klinkt steeds luider. Bijna tachtig Belgische modespelers - van JBC tot Ann Demeulemeester en Natan - richten zich tot de overheid om op die vraag in te gaan en zo ‘honderden faillissementen en duizenden ontslagen te vermijden’.

edm

‘Willen we onze sector van de ondergang redden, dan moeten we de huidige soldenwetgeving nu aanpassen’, zeggen Mimi Lamote, ceo van Mayerline, en Peter Perquy, ceo van Terre Bleu, Gigue en Zilton. Zij treden op als spreekbuis voor de modesector.

In een open brief vragen ze een onderhoud met premier Sophie Wilmès (MR) en minister van Werk en Economie Nathalie Muylle (CD&V). De brief werd ondertekend door 78 Belgische modespelers die zowel kleding als schoenen, juwelen en andere accessoires verkopen, en samen meer dan 6.500 medewerkers tewerkstellen.

Enkelen onder hen hebben de voorbije weken al een noodkreet geslagen, omdat door de verplichte sluiting van de winkels geen geld meer binnenkomt, terwijl de productie van de volgende collectie wel in gang werd gezet.

Concreet pleiten de ondertekenaars ervoor dat de solden ten vroegste op 1 augustus zouden beginnen, in plaats van op 1 juli. De zogenoemde fluistersolden en koppelverkoop zouden worden afgeschaft en vervangen door een sperperiode die begint vanaf het moment dat de winkels de deuren weer mogen openen.

‘Als wij straks de winkels weer kunnen openen, weten wij dat sommige, grote retailers en online spelers geneigd zullen zijn om zo veel mogelijk goederen aan grote kortingen te verkopen om van de stock af te geraken en snel cashflow te genereren’, stelt Perquy.

Maar voor de Belgische merken en boetieks ligt de situatie volgens hem anders: ‘Als wij onze collecties niet gedurende enkele maanden aan een volwaardige marge kunnen verkopen, hebben wij geen financiële buffer om de solden te dragen en om een deel van de tussentijdse verliezen op te vangen.’

Duizenden jobs op het spel

‘Als er in mei, juni en juli niets verandert aan de actuele solden wetgeving, zal onze sector in elkaar storten: honderden modebedrijven en duizenden jobs staan op het spel. We weten nu al dat vele bedrijfsleiders, met de huidige wetgeving, hun modebedrijf niet zullen kunnen redden, hoe hard ze dat ook proberen’, aldus Lamote.

Het kabinet-Muylle had enkel dagen geleden nog laten verstaan dat ‘er een beslissing zal worden genomen samen met de sector’.

De voorbije dagen waren er al meerdere gelijkaardige oproepen, onder meer van sectororganisatie voor zelfstandige modedetailhandel Mode Unie. Minister van Zelfstandigen Denis Ducarme (MR) liet al weten voorstander te zijn van uitstel van de zomersolden.

De 78 modespelers die zich achter de vraag scharen:

Amania Mo (ceo Veerle Baert) - Ambiorix (ceo Peter Vavedin) - Andres Sarda (ceo Marleen Vaesen) - Alice et Maman (ceo Céline Liétaer) - Ann Demeulemeester (eigenaar/ceo Anne Chapelle) - Atmosfashion/Senso (zaakvoerder Filip Roels) - Baba Babywear (ceo Isabel Hinnekint) - Bel en Bo (ceo Michel Delfosse) - Bellerose (ceo Patrick Van Heurck) - Best Buy Shoes (directeur Dieter Willekens) - Brantano (eigenaars Anja Maes, Dieter Penninckx en Manu Bracke) - Bristol (ceo Elise Vanoudenhove) - Caroline Biss (ceo Bart Saelen) - Christian Wijnants (eigenaar Christian Wijnants) - CKS (eigenaars Anja Maes, Dieter Penninckx en Manu Bracke) - City Sport (ceo Tom Declercq) - Clio Goldbrenner (ceo Marie Mys) - Collectors Club (eigenaars Nele en Veerle Van Doorslaer) - Comme Ca (ceo Koen Balliere) - Cycleur de Luxe (ceo Patrick Vanneste) - Due Amanti (ceo Annelies Boulanger) - E-Bound (directeur Bart Maton) - Emoi (directeur Bart Maton) - Eskimo (general manager Réjane De Groote) - Filou & Friends (ceo Rudy Maes) - Formen (eigenaars Luc Notredame en Petra Dewilde) - FourRoses/Bronson (algemeen directeur Miguel Uytterhaegen) - Fred en Ginger (eigenaars Anja Maes, Dieter Penninckx en Manu Bracke - Furore (ceo Veerle Baert) - Gigue (ceo Peter Perquy) - Gymp (ceo Geert Anckaert) - Haider Ackermann eigenaar/ceo Anne Chapelle) - Her (ceo Veerle Baert) - Hirondelle/Titto (ceo Patrick Despiegelaere) - JBC (eigenaars Bart en Ann Claes) - Jo De Visscher (eigenaar Jo de Visscher) - Julia June (ceo Veerle Baert) - Just in Case (ceo Steven Van Roy) - Katrien Smets (eigenaar Katrien Smets) - Komono (retail manager Jamey Coppen) - Lemon Beret (directeur Bart Maton) - Linea Raffaelli (eigenaars Kim De Boeck en Liesbeth Vanderstappen) - LNKnits (ceo Ellen Kegels) - Lola & Liza (eigenaar Henri Appelstein) - Marie Jo (ceo Marleen Vaesen) - Marie Mero (ceo Ruben Vanderelst - Martin Maple (ceo Philip Lapeirre) - Marylene Madou (eigenaar Marylene Madou - Mayerline (ceo Mimi Lamote) - Mieke Dierckx (eigenaar Mieke Dierckx) - Natan (ceo Edouard Vermeulen) - Nathalie Vleeschouwer (ceo Jan Bevernage) - Oni Onik & NXi by Oni Onik (ceo Jan Vanhoutte) - Oscar the Collection (ceo Stephanie Lauwers) - Patrick (directeur Mattias Vanderschueren) - Peignora/Leon & Leonie (ceo Dominique Geldhof) - Pluto (ceo An Kluft) - Prima Donna (ceo Marleen Vaesen) - PTC Fashion (medezaakvoerder Tine Vanhoutte) - RE-GEM (managing director Bart Maton) - Rue Blanche (ceo Astrid Regout) - Safety Jogger (directeur Mattias Vanderschueren) - Scapa (ceo Arlette Van Oost) - S.Oliver (country manager Benelux Christina Stolte) - Sprox (directeur Mattias Vanderschueren - Studio 10 (general manager Dimitri De Roeck) - Terre Bleue (ceo Peter Perquy) - Thelma & Louise (eigenaars Liza Tanghe en Marie Friling) - Toos Franken (eigenaar Toos Franken) - Tutu Chic (ceo Freya Poppe) - Vandevelde (eigenaar Herman Vandevelde) - Wearable Stories (ceo Loredana Falone) - Wolk (oprichter Joris Smeuninx) - Woody/Lords & Lilies (ceo Steven Van De Velde) - Wouters & Hendrix (ceo Elise Taillieu) - Xandres (general manager Patrick Desrumeaux) - X-Peak (managing director Bart Matton) - Zilton (ceo Peter Perquy)

Waarom de Belgische modesector de solden wil uitstellen: ‘Ze kwamen al te vroeg, en nu zeker'

Door de coronacrisis blijven de voorjaarscollecties in de rekken hangen © Just In Case

Heel wat Belgische ondernemers zitten met de handen in het haar, en dat is in de modesector niet anders. Winkels en fabrieken die lange tijd gesloten moeten blijven, hebben een impact op het huidige en het volgende seizoen. Vier Belgische merken vertellen hun verhaal.

‘Natuurlijk roept iedereen nu dat zijn sector het hardst getroffen wordt, maar waar horecazaken en doe-het-zelfzaken een stock hebben die langer goed blijft, hebben onze producten wel een vervaldatum: de start van de soldenperiode’, vertelt Bart Saelen, ceo van Caroline Biss, dat een dertigtal eigen winkels telt, en daarnaast ook in multimerkenboetieks wordt verkocht. ‘Maar omdat het winkels betreft in de Benelux, Frankrijk en Spanje, allemaal getroffen gebied, is de verkoop in de fysieke verkooppunten volledig stilgevallen.’

‘We hebben ook een eigen webshop, maar die is qua verkoop te vergelijken met één winkel. Daar noteren we nu wel meer bestellingen, maar we krijgen ook meer retours. We hebben altijd fors ingezet op de beleving, klanten komen bij ons voor het advies, begeleiding en indien nodig retouches. Door de sluiting van de winkels werd net onze sterkste kant afgesneden.'

'Het innen van openstaande facturen verloopt moeizamer nu boetieks ook geen inkomen hebben. Voor de komende herfstcollectie zijn alle grondstoffen, zoals stoffen en garens, besteld. Als er nu orders worden geannuleerd, zitten we nog eens opgescheept met een ongebruikte voorraad. Ook de periode na de coronacrisis zal niet eenvoudig worden. Mensen worden werkloos door overmacht, veel bedrijven kijken aan tegen een faillissement. We weten nu al dat we minder moeten produceren, maar onze vaste kosten blijven wel dezelfde. Door die onzekerheid gaan we de productie in onze eigen fabrieken in Bulgarije iets later en meer gespreid opstarten, maar de lonen blijven we wel doorbetalen.’

‘We zijn een gezond bedrijf met reserves, en werken alvast aan onze lentecollectie van 2021. Maar dit is ongezien in de modewereld, en de impact zal gigantisch zijn. Bovendien worden moderetailers aan hun lot overgelaten. De hinderpremie (van 4.000 euro per maand, red.) wordt uitbetaald voor maximum vijf winkels, wij hebben er zestien in België terwijl onze vasten kosten per winkel ruimschoots dat bedrag overschrijden. Als de regering straks geen kale winkelstraten wil zien, zullen er meer steunmaatregelen nodig zijn.’

Fabriek in epicentrum

Nu e-commerce de enige manier is om nog iets te verkopen, heeft Just In Case zijn webshop gevoelig uitgebreid. ‘Die was voorheen enkel verbonden met onze Brusselse winkel, maar nu hebben we de stock van alle winkels online geplaatst. Een significante stijging van het aantal bezoekers zien we niet echt, maar er wordt wel meer verkocht, al is het nog ver verwijderd van wat we normaal verkopen’, zegt zaakvoerder Steven Van Roy.

‘Een levering met de laatste stuks van de zomercollectie zat geblokkeerd aan een grensovergang, waardoor we te laat waren en geen winkel die nu nog wil aanvaarden. Andere winkels blijven achter met hun betalingen. De productie voor de najaarscollectie ligt stil, onze Oost-Europese fabriek ligt midden in een epicentrum.’

‘We weten nog niet wat er zal gebeuren. We hebben ook nog niet veel reactie gehad van onze stoffenleveranciers uit Italië en Spanje, maar de productie zal onvermijdelijk naar achteren worden geschoven. De nieuwe collectie zal onmogelijk in juli arriveren, pas ten vroegste in augustus, en alleen als we half april opnieuw kunnen opstarten. Als de shutdown langer duurt, zie ik het heel somber in, want al ons geld zit momenteel in de collecties.’

Van Roy hoopt dat er een oplossing komt voor de hoge huurprijzen zolang de winkels geen inkomsten hebben, en sluit zich aan bij de oproep van collega’s om de sperperiode en solden achteruit te schuiven. ‘Ze kwamen al te vroeg, en nu zeker. Het verleggen van de sperperiode kan ons misschien redden, maar dan is er wel een wettelijk kader nodig, zodat die ook gerespecteerd wordt door de grote spelers en er geen valse kortingen worden gegeven. Zo niet, dan wordt het rampzalig. Vandaar de oproep: koop lokaal en help ons.’

Mondmaskers produceren

Het Belgische breigoedlabel Howlin’ wordt wereldwijd verkocht in zo’n tweehonderd verkooppunten, met meer dan een kwart daarvan in het zwaar getroffen Italië. Op veel plaatsen zijn de winkels dicht, de eigen webshop krijgt stilaan wel meer klanten over de vloer, maar erg veel meer wordt daar nu niet verkocht. ‘Ik begrijp het wel, kleding is geen essentieel product, en al zeker niet als je thuis moet blijven’, zegt mede-eigenaar Patrick Olyslager.

De nieuwe wintercollectie van Howlin’ is al volop in productie, en dat gebeurt al sinds de lancering van het label zo’n tien jaar geleden, in Schotland. ‘Onze zomercollectie uit tricot wordt volledig binnen België geproduceerd, maar voor de winterse knitwear gaat er niets boven het vakmanschap in Schotland. Helaas heeft de coronacrisis ook daar de bedrijven tijdelijk gesloten, al zeker voor een maand. Dat zal een impact hebben op de levertijden. Maar als we het van de positieve kant bekijken, dan geeft ons dat wel wat speling mochten klanten hun bestellingen nog willen annuleren of aanpassen. En onze stukken zijn ook tijdloos, die kunnen we eventueel naar volgend jaar doorschuiven als ze pas erg laat in het seizoen geleverd zouden worden. In onze Belgische fabriek is de productie eveneens stilgelegd, daar worden door onze medewerkers nu mondmaskers geproduceerd.’

'Investeer in eigen land'

Ook bij Marie Méro zien ze sinds de sluiting van de winkels nog geen grote stijging van bezoekers voor de webshop. ‘Het is voor iedereen een zware dobber om te verwerken. Bovendien zitten de mensen thuis, ze hebben geen recepties of feesten waarvoor ze nieuwe kleding nodig hebben. We denken wel dat de online verkoop de komende weken nog zal opleven’, aldus Ruben Van der Elst, die het familiebedrijf leidt met zijn broer.

‘We hopen natuurlijk dat deze situatie niet te lang duurt. Blijven de winkels gesloten tot eind mei, dan kijken we zeker aan tegen een omzetdaling van twintig procent. Het was immers ook in de dagen voor de verplichte sluiting al wat kalmer. We hopen dan ook dat wanneer dit allemaal over is, de mensen wel terug massaal uit hun kot komen, en dan vooral Belgisch kopen. Alstublieft: investeer in de eerste plaats in je eigen land.’

Ook Van der Elst wijst op de korte levensduur van een kledingcollectie. ‘We kunnen die ongeveer vijf maanden aan volle marge verkopen, daarna zijn het solden en valt die marge bijna volledig weg. We hopen dan ook dat de soldenperiode verplaatst zal worden dit jaar, dat zou al een deel van de oplossing kunnen zijn.’

De productie in hun Oost-Europese fabrieken ligt voorlopig niet stil. ‘Eens we de molen laten draaien, kunnen we hem niet stoppen. We wachten nog op een aantal stoffen uit Italië, maar voorlopig horen we nog geen noodkreten van de leveranciers. De collectie zal misschien niet zoals gepland in juli geleverd kunnen worden, maar augustus zal hopelijk wel lukken. Natuurlijk, de situatie kan week tot week veranderen, maar vandaag ziet het er voorlopig nog goed uit.’

‘De solden kwamen al te vroeg, en nu zeker’

thumbnail: null
thumbnail: null
thumbnail: null
thumbnail: null

Heel wat Belgische ondernemers zitten met de handen in het haar, en dat is in de modesector niet anders. Winkels en fabrieken die lange tijd gesloten moeten blijven, hebben een impact op het huidige en het volgende seizoen. Vier Belgische merken vertellen hun verhaal.